De bewustzijnsstroom (monologue intérieur) in de literatuur geeft gedachten van een personage weer. Niet ongefilterd, want het blijft een stijlfiguur en in het echte leven zouden ongefilterde gedachten gesprekspartners ook een te grote uitdaging geven. Hoe integreer je je bewustzijnsstroom in een normale, vlotte en toch spontane conversatie?
Een ongefilterde bewustzijnsstroom is een uitdaging
Zelf lanceer ik wel eens een bewustzijnsstroom. Lees er sommige van mijn blogs op na, en je stoot erop. Zelfs al zijn ze aangepast om vlot te lezen. Gedachten stromen van de ene in de andere richting, soms zonder op het eerste gezicht veel samenhang te vertonen. Ongefilterd en ongestructureerd is het weinig luisteraars gegeven om die stroom de baas te kunnen zonder af te haken. Wat in essentie eigenlijk gewoon een groot enthousiasme is, van de soort die je ook bij kinderen vindt.
Een aantal van mijn beste vrienden denkt op eenzelfde manier. Van hen krijg ik wel eens zo’n stroom terug, en nooit de opmerking: wees niet zo intens. De meeste (andere) mensen hebben problemen om zo’n verhaal te volgen en haken af. Of -erger nog- ze beginnen verduidelijkende vragen te stellen. Wat bedoel je precies? Of ze parafraseren als techniek om je gedachten te helpen stroomlijnen. “Dus je wilt zeggen…” Of ze maken zich zorgen over de intensiteit van je gedachtenstroom wegens te intens. “Je klinkt alsof je gaat uitvallen.” Aan het einde van zo’n gesprek is er soms een duidelijke conclusie. En van sommigen rond de tafel volgt dan de vraag: “Hoe bedoel je?” Euh… :))
Als ik dan wat uitleg geef: “Ik bedoel niet het éne of het ándere: ik bedoel beide, apart én samen. Mét de niet-genoemde zaken die je tussen de regels had kunnen oppikken. En het gaat prima met me.” Ocharme soms die andere. Lang geleden heb ik wel geleerd om eerst te luisteren en nadien mijn gedachten te filteren, te structureren en te vereenvoudigen. Om anderen te helpen die te ontvangen. Veel mensen slapen dus op hun twee oren. Ik denk dat het duidelijk is: in de meeste conversaties past geen bewustzijnsstroom. Vergelijk het gerust met een modderstroom: aan het einde verzamelt er zich alleen puin. Een braindump in het bijzijn van andere mensen, is dus geen haalbaar idee.
(Ik realiseer me dat veel van mijn schrijven ook als een vorm van braindump begint. In deze blog is de conclusie iets helemaal anders: ik dacht zelfs eerst niet aan mijn dagboek. Nu klopt het wel. Hetzelfde met mails, speeches, voorbereidingen: ik lees die altijd grondig na. Een tip die je zeker al kent.)
De bewustzijnsstroom is een manier om vrijheid te beleven
De bewustzijnsstroom toelaten in je spreken, biedt een ongelooflijk sterke ervaring van vrijheid om jezelf te zijn. Om hem dan helemaal niet meer toe te laten, leidt tot het “imposter syndrome”, en dat staat haaks op “complexloos jezelf zijn“. In het andere uiterste wil je dus ook niet vervallen. We weten intussen: een gewone conversatie is vaak niet geschikt voor een woordenstroom.
Wat doe je dan wel? Een dagboek.
Een dagboek. Ik gebruik zelf “Pointo“, een app die wel wat biedt. Ideaal is de “braindumpfunctie” (die naam geef ik eraan). Je opent een item en drukt op het microfoontje. Dan begin je gewoon te spreken: ofwel neem je je spreken op, ofwel (wat ik doe) zet je dat om in tekst. Zo kan je er ook naar “luisteren” (lezen) als je niet alleen bent. Ik kan het niet laten om de tekst nog even te reviseren, zodat de hoofdletters en leestekens kloppen en alle woorden juist zijn opgeschreven. Maar dat hoef je zelf natuurlijk niet te doen.
Je kunt ook een emotie toevoegen, maar dat is niet zo interessant. Het aantal emoties dat je kunt kiezen en de namen die erbij staan, zijn beschamend beperkt in die app. Er is geen ruimte voor complexe emoties en nuances. Dat is echt heel jammer. Meestal kies ik uit een vijftal (blij, bezorgd …), en dat is wel handig voor een snel overzicht van je week, bijvoorbeeld. Maar niet accuraat.
Zo’n app is een interessante manier om een flow van gedachten aan toe te vertrouwen. En hij staat op je telefoon. Je bent die gedachten niet kwijt (je kunt ze lezen of beluisteren), maar ze zitten niet meer in de weg (en je bent ze dus wel kwijt). En dat geeft dan weer dat gevoel van vrijheid. In een volgende conversatie heb je al die info al structuur gegeven, en komt die er gefilterd en in proportie uit. En dat helpt dan weer hoe je gepercipieerd wordt: als “normaal”. 😉
(In die gedachten zie ik zelf soms patronen die ik nadien uitwerk in een blog. Vanaf publicatie zijn ze helemaal gestructureerd, of ze nu gelezen worden of niet.)
Graag maak ik toch even een zijsprong. Voor elke leider is een dagboek een goed idee. Om de redenen die ik hierboven schets. Het neemt een centrale plaats in je management van tijd, aandacht en energie. Het gaat erom de zaken die je bezighouden ergens te “parkeren”, zodat je ze niet kwijt bent, maar ook niet meer in je werkgeheugen.
Conclusie: ga af en toe ook uit je hoofd
Ook al filter je en luister je, gebruik je een dagboek en spaar je je echte stromen voor je vrienden: er schuilt onder de bladeren een grote valkuil: niet alles speelt zich af in je hoofd of in je dagboek (of blog). De dingen die ertoe doen, spelen zich zelfs per definitie búíten je hoofd af. Zolang je je dat voldoende realiseert, komt het wel goed.
Wanneer en hoe laat jij spontaneïteit toe?
Eens of helemaal niet? Houd je niet in en reageer hier!